PMS, oftewel het Pantone Matching System, is een kleurensysteem waarin elke tint een eigen nummer heeft. Alles wat je moet weten over PMS.
Een kleurrijke ondersteuning voor je drukwerk
De naam ‘steunkleur’ zegt het eigenlijk al: dit is een extra kleur die je in je ontwerp gebruikt, naast zwart en wit. Dat vleugje kleur in je ontwerp dus. Steunkleuren worden veel gebruikt voor huisstijldrukwerk. Denk aan briefpapier met daarop een logo. Wat is een steunkleur precies. Zijn dit PMS- of CMYK-kleuren? En hoe bepaal je de juiste steunkleur voor jouw drukwerk? Dat leggen we je hier allemaal uit.
De term steunkleur ontstond in de tijd dat drukkerijen met platen werkten in plaats van printers. Destijds moest voor elke kleur een nieuwe plaat gemaakt worden. Het was dus vrij kostbaar om een extra kleur toe te voegen aan een ontwerp, waardoor veel huisstijlontwerpers kozen voor een combinatie van zwart, wit en één steunkleur, maximaal twee. Met de komst van full color drukwerk en printers die alle kleuren van de regenboog zonder problemen kunnen printen, is het eigenlijk niet meer nodig om rekening te houden met een maximaal aantal kleuren in je ontwerp. Toch kiezen huisstijlontwerpers er nog altijd vaak voor om het aantal steunkleuren te beperken, om de rust in het design te waarborgen. Bij een logo dat bestaat uit zwarte letters, met een grijze schaduw en één geel effect, is er dus sprake van één steunkleur.
Met een steunkleur wordt eigenlijk altijd een PMS kleur bedoeld, omdat deze kleurcodes eenheid in kleur garanderen. Dit is bijvoorbeeld belangrijk bij huisstijldragers als briefpapier. Deze afkorting staat trouwens voor Pantone Matching System. PMS-kleuren zijn kleuren die gemengd kunnen worden uit de vier primaire kleuren in de druktechniek: Cyaan, Magenta, Yellow en Key (zwart). Wanneer meer kleurdetail vereist is, is het CMYK-kleurensysteem weer meer geschikt. Bij het maken van een ontwerp met één of meerdere steunkleuren, is het belangrijk om je bestand op te maken met de juiste PMS-codes.
Leestip: Alles over Pantone-kleuren
Leestip: Wat zijn RGB-kleuren?
Bij het ontwerpen van een huisstijl, bijvoorbeeld een logo of ander beeldmerk is het nog altijd gebruikelijk om te kiezen voor een basis van zwart en wit (grijs telt ook) en een steunkleur. Meerdere steunkleuren kunnen ook. Maar hoe bepaal je de juiste steunkleur voor jouw drukwerk? Daarvoor is enige kennis wel handig. Je kunt gaan voor eenvoud en kiezen voor één van de primaire kleuren: cyaan, magenta en geel. Secundaire kleuren zijn mengkleuren en krijg je wanneer je twee primaire kleuren mengt. Denk aan groen, een combinatie van cyaan en geel. Tertiaire kleuren krijg je wanneer je drie primaire kleuren mengt. Dit zijn dan ook vaak bruinachtige tinten. Wil je verschillende kleuren met elkaar combineren? Dan geeft het gebruik van verschillende tinten uit één kleurfamilie een heel rustgevend beeld. Wil je juist een knallend concrast? Combineer dan twee complementaire kleuren met elkaar.
PMS, oftewel het Pantone Matching System, is een kleurensysteem waarin elke tint een eigen nummer heeft. Alles wat je moet weten over PMS.
Een kleurenspectrum bestaat letterlijk uit alle kleuren van de regenboog. Uit welke kleuren bestaat een kleurenspectrum?
De Gulden Snede geeft de verdeling aan van een lijnstuk, in twee delen en in verhouding tot elkaar. Hoe kun je het toepassen in hedendaags design?
De betekenis van frankeren is: van een postzegel voorzien. Hoeveel postzegels moet je plakken? En wat kost pakketpost? We hebben het op een rij gezet.
CMYK is een systeem dat we gebruiken om het grootst mogelijke kleurengamma te verkrijgen. Waar staat CMYK voor en wat is het verschil met RGB?
Een AI bestand is een vector bestand. Je maakt AI bestanden met Adobe Illustrator. Van piepklein tot billboardformaat; een .ai is altijd haarscherp!
Prepress is het proces tussen de creatie van een ontwerp en de daadwerkelijke druk. Wat is prepress en hoe maak je jouw bestand drukklaar?
De zetspiegel is het gedeelte van een pagina waar je tekst en eventuele afbeeldingen plaatst. Hoe bepaal je het formaat en de positie van je zetspiegel?
Eindeloos vergroten doe je met een Vector bestand. Een AI of EPS bijvoorbeeld. Ideaal voor logo’s, voor op een visitekaartje of poster!
Synopsis betekent samenvatting. Vaak gaat het dan om een synopsis van een boek. Wat is een synopsis precies? En hoe schrijf je er één?
De substraat is het materiaal waarop je drukwerk wordt geprint. Papier, karton, PVC of canvas bijvoorbeeld. Welke substraten vind je bij Drukwerkdeal?
Snijtekens en snijlijnen zijn hulplijnen, waarmee je aangeeft waar we je drukwerk moeten snijden. Waar plaats je ze en hoe breng je ze aan in je ontwerp?
Met een snijplotter kun je drukwerk uitsnijden. En niet alleen papier. Een snijplotter werkt met verschillende materialen, zoals vinyl, karton en textiel.
De singersteek is een techniek om boeken met garen of touw te binden. De stiknaad is hierbij duidelijk zichtbaar. Alles over deze manier van boekbinden.
Een schutblad, schutvel of inbindcover beschermt het boekblok en verbindt het binnenwerk met de omslag. Hoe pas je het toe? Dat lees je hier.
Wat betekent resolutie precies? Dots Per Inch? En welke resolutie is geschikt voor jouw drukwerk? Alles wat je moet weten over resolutie!
Voor elke tekst geldt: een extra paar ogen kan nooit kwaad. Bij het redigeren worden de puntjes op de i’s gezet en alle d’s en t’s goed gezet.
Een plotter is een afdrukapparaat voor grootformaat drukwerk in hoge resolutie. Hoe werkt een plotter? En in welke papierformaten kun je ‘plotten’?
Plano betekent vrij vertaald ‘vlak’ of ‘plat’. Bij het bestellen van bijvoorbeeld een folder is dit het ongevouwen ontwerp. Dit moet je weten over plano.
Wat is het verschil tussen een pixel en een vector? Hoe bereken je het aantal pixels per cm of mm? En wat is het verschil tussen DPI en PPI?
Een paperback is licht, buigzaam en compact. De ideale kaft voor drukwerk dat overal mee naartoe gaat en lekker leest. Goedkoop in grote én kleine oplages.
Een verzameling letters in dezelfde stijl; dát is een lettertype. De keuze voor het type letter is heel bepalend voor de uitstraling van je drukwerk.
Een katern is een enorm vel papier waarop we meerdere pagina’s drukken, om deze samen te vouwen tot een boekwerk. Hoe gaat dit precies in zijn werk?
Een kapitaalbandje is de ruggengraat van je hardcoverboek. Is het noodzakelijk? En kan een kapitaalbandje op elk boek gelijmd worden?
Een kaft is de omslag van je drukwerk. Van tijdschriften of boeken bijvoorbeeld. Hoe gaat het precies in zijn werk? En wat zijn de voordelen?
ISBN is een unieke 13-cijferige code die je boek beschikbaar maakt voor verkoop en vindbaar voor klanten en retailers. Hoe vraag je hem aan?
Inbinden is een mooie manier om belangrijke papieren bij elkaar te houden. Er zijn verschillende manieren om drukwerk in te binden.
Een hardcover is een harde kaft voor boeken. Hoe wordt hardcover gemaakt? En wat is het verschil tussen een hardcover boek en een paperback?
Wat is het verschil tussen een Font en een lettertype? Hoe maak je een Font? En waarmee kun je een eigen font maken. Alles wat je moet weten op een rij!
De flaptekst of blurb moet ervoor zorgen dat mensen jouw boek kopen. Een belangrijke tekst dus, die je op of aan de binnenkant van je boek plaatst.
Een ex libris vertelt je wie de eigenaar van een boek is. Een eigendomsmerkje dus. Vroeger een statussymbool, nu een vorm van kunst.
Een drukpers is een machine die letters en illustraties op papier drukt. Hoe werkt een drukpers precies? En welke druktechnieken zijn er?
Drukletters zijn de letters die worden gebruikt in een drukpers. Een soort stempels. Een uitvinding die de boekdrukkunst naar een hoger niveau tilde.
DPI is de resolutie van je foto. Een term die je vaak ziet bij het aanleveren van drukwerk. Hoe kun je de DPI berekenen? En wat is de ideale resolutie?
In een colofon lees je wie er allemaal hebben meegewerkt aan een boek of tijdschrift. Wat is een colofon? Wat zet je erin? En waar plaats je deze?
Cellulose is het belangrijkste bestanddeel van papier en karton. Hoe ontstaat het? En hoe wordt van cellulose papier gemaakt?
De cahiersteek is een vorm van brocheren, waarbij gebruik gemaakt wordt van naald en draad. Hoe werkt het en voor welk drukwerk is het geschikt?
De broodtekst is de hoofdtekst, exclusief intro’s, koppen, tussenkoppen en streamers. De kern van het verhaal dus. Dit moet je weten.
Brocheren betekent de manier waarop we jouw drukwerk inbinden. Alles wat je moet weten over garenloos, gehecht, geniet en gelijmd gebrocheerd drukwerk.
Het samenstellen van een boek noemen we boekbinding. Dat kan op allerlei verschillende manieren. Wil je een boekje binden? Dit moet je weten.
De bladspiegel is de verhouding tussen het bedrukte gedeelte (de zetspiegel) en de witmarges van een bestand. Hoe pas je het toe in drukwerk?
Een beeldmerk is je merk in één oogopslag. Het appeltje van Apple, de Nike swoosh. Is een beeldmerk hetzelfde als een logo? En wat is een woordmerk?
Witte snijranden voorkomen? Dat doe je door afloop aan te brengen in je bestand. Wat is afloop precies? Hoe groot moet het zijn en hoe stel je dit in?
Een TIF bestand garandeert maximale kwaliteit. Dit bestand is ideaal voor het opslaan van foto’s. Wat is een .tiff precies? En is het geschikt voor drukwerk?
Een RAW bestand is de originele foto, genomen met een digitale camera. Een file dat eerst nog moet worden omgezet voordat het kan worden getoond.
PSD bestanden zijn meestal foto’s. PSD staat voor PhotoShop Document, hét programma om foto’s te bewerken. Wat is een PSD bestand precies?
Een PNG bestand kan worden gecomprimeerd zonder kwaliteitsverlies. Wat zijn andere voor- en nadelen? En hoe kun je zelf een PNG maken en bewerken?
Zeker weten dat jouw ontwerp perfect wordt gedrukt? Lever dan een PDF bestand aan. Wat is een PDF precies? En hoe maak je jouw bestand drukklaar?
Het JPG bestand is de bekendste indeling voor foto’s. Elk programma dat beeld ondersteunt, kan een JPG tonen. Maar is JPG ook geschikt voor drukwerk?
GIF bestanden grijpen de aandacht met hun bewegende afbeeldingen en eindeloze loop. Opgebouwd uit pixels en al 30 jaar een hit.
Logo’s worden vaak opgeslagen als EPS bestand. Dit bestandstype is onbeperkt schaalbaar zonder kwaliteitsverlies. Voor haarscherp drukwerk dus!
BMP staat voor bitmap en is een rasterafbeelding, waarbij van elke pixel de kleur wordt vastgelegd. Hoe meer bits, hoe meer kleur!
Tertiaire kleuren zijn een mix van 3 primaire kleuren of van 1 primaire en 1 secundaire kleur. Welke tertiaire kleuren zijn er? Dat lees je hier.
Secundaire kleuren zijn een mengsel van twee primaire kleuren. Welke secundaire kleuren zijn er? Wat zijn tertiaire kleuren? En welke kleurcontrasten zijn er?
RGB kleuren zijn kleuren die licht absorberen. Waar staat RGB voor? Wat is het verschil tussen RGB en CMYK? En welke techniek gebruiken we voor drukwerk?
RAL is een systeem waarin kleuren zijn gecodeerd. Fysieke kleuren: van verf en inkt. Waar staat RAL voor? Welke kleuren zijn er? En hoe lees je een RAL code?
Met primaire kleuren kunnen we alle secundaire kleuren en tertiaire kleuren maken. Welke 3 primaire kleuren zijn er? En wat is de rol van kleur in drukwerk?
Een kleurencirkel is een cirkel die kleurverbanden en kleurcontrasten weergeeft. Wat zijn primaire kleuren? En welke kleurcontrasten zijn er allemaal?
Webpagina’s geven we kleur met HMTL kleuren. Codes voor het beste kleurresultaat op beeldschermen. Hoe ziet een HTML code eruit? En hoe vind je de juiste?
Complementaire kleuren zijn tinten die tegenover elkaar staan in de kleurenwaaier. Wat zijn de complementaire kleuren van blauw, rood en groen?
B1 brandvertragend is de classificering van producten die moeilijk ontvlambaar zijn. Wat betekent het precies? En wat is de DIN 4102 norm?