Ook al droom je in lagen, kent geen filter nog geheimen voor je en wissel je sneller van brush dan van onderbroek: Photoshop kan geen foto redden waarvan de basis niet goed is. Omdat je foto staat of valt met een goede compositie, vertellen we je in dit blog alles over drie belangrijke compositieregels.
Compositie is de manier waarop verschillende onderdelen van een geheel onderling georganiseerd zijn. En dat kan een bepaalde kwaliteit hebben. In muziek heb je het over noten en akkoorden die samen een muziekstuk vormen. In fotografie heb je het dan over verschillende elementen die samenkomen tot een mooie foto.
Voor die organisatie van verschillende elementen zijn er enkele vuistregels. De belangrijkste leg ik hier uit en geven je een goede basis om elke keer een prachtige compositie te maken. Maar zoals het met wel meer regels is: ken de regels, zodat je weet wanneer je ze kunt breken.
Lijnen in je foto’s organiseren het beeld, trekken de blik de juiste richting op en geven je foto’s een bepaald karakter. Verticale lijnen impliceren degelijkheid en macht, horizontale lijnen zijn vaak kalmerend en bieden een solide basis. Diagonale lijnen geven juist meer energie en dynamiek. Dan heb je nog organische lijnen, die allerlei effecten kunnen hebben. Kalmte, spanning, chaos: het hangt van de vorm af.
Artiesten zoals schilders, tekenaars en beeldhouwers creëren lijnen. Als fotograaf moet je de lijnen vinden. Je kan op zoek gaan naar heel concrete lijnen zoals treinrails, stroomlijnen of een prikkeldraadhek langs een weiland. Het kan spannender zijn om lijnen te suggereren.
Denk aan een model die in een bepaalde richting kijkt. Dat creëert een onzichtbare zichtlijn omdat het je blik in een bepaalde richting dwingt. Ook levert het visuele spanning op: je wilt weten waar het model naar kijkt.
Arnold Newman maakte in 1946 dit portret van de componist Igor Stravinsky. Bijna alle soorten lijnen komen terug in deze foto. De horizontale en verticale lijnen stralen stabiliteit en autoriteit uit. De klepstok en klep creëren een spannende driehoek. De hoek van de ruimte valt op ongeveer een derde van de foto. De organische vorm van de vleugelklep ziet er bijna uit als het molteken, wat je wel eens op een notenbalk ziet. En tot slot zie je Stravinsky, het onderwerp, weggestopt in een hoekje. Maar duidelijk zichtbaar door alle lijnen die in zijn richting wijzen.
In de vorige paragraaf hebben we het over horizontale en verticale lijnen gehad en welke karakteristieken die lijnen hebben in fotografie. In de regel der derden komen die lijnen bij elkaar. Het gaat om de relatie tussen je onderwerp en het canvas waarop je dat plaatst.
Stel je voor dat je jouw canvas, de achtergrond van je foto eigenlijk, horizontaal en verticaal in drie secties opdeelt. Dan ontstaan er vier kruispunten tussen die verticale en horizontale lijnen. Die kruispunten noem je ook wel sterke punten. Als je je onderwerp op één van die sterke plaatsen positioneert, worden je foto’s vaak sterker en dynamischer dan wanneer je je onderwerp in het midden van de foto plaatst.
De meeste camera’s maken het je erg makkelijk om met de regel der derden aan de slag te gaan. Systeem- en compactcamera’s kun je zo instellen dat ze een raster over je beeld plaatsen.
De fotograaf W. Eugene Smith stond bekend om zijn klassieke composities. Deze foto van een non die wacht op overlevenden van een scheepsramp is daar een goed voorbeeld van. Smith past hier de regel der derden toe door het oog van de non op het sterke punt linksboven te plaatsen. Haar hand accentueert een verticale lijn die eindigt op het sterke punt linksonder. De regel der derden is niet de enige compositietechniek die Smith hier toepast: de blik van de non rechts omhoog creëert een spannende zichtlijn, naast haar is veel negatieve ruimte en de habijt van de non kadert haar gezicht en levert duidelijk contrast op. Het knappe is: al deze regels paste Smith intuïtief toe in deze niet geposeerde straatfoto.
Stel je een drukke straat voor. In die straat zie je twee verhuizers aan het werk. Daar maak je een foto van. Met het maken van die foto heb je net een kader gecreëerd: buiten het kader van jouw foto bestaat de rest van de straat niet. Als fotograaf bepaal jij wat de kijker ziet. Stel je nou eens voor dat die verhuizers een spiegel versjouwen. In de weerspiegeling zie je een straatkat. Je hebt nu een kader binnen het reeds bestaande kader van je foto. En dat is een krachtige compositietechniek. De aandacht van je kijkers gaat direct naar wat er zich binnen dat kader afspeelt, de kat in dit voorbeeld.
Je kan van alles gebruiken als kader. Ramen, deuren, lijsten, autodeuren, bedenk het maar. Net als bij veel andere compositietechnieken hoeft er hier geen sprake te zijn van een daadwerkelijk kader, de suggestie kan zelfs krachtiger zijn.
Fan Ho was een straatfotograaf die in de jaren ’50 en ’60 de transformatie van Hong Kong naar metropolis vastlegde. Dat deed hij met het nodige artistieke inzicht. Hij was een meester in het gebruik van kaders in zijn vaak ongeposeerde straatfoto’s. Deze foto van een tekenend meisje is daar een mooi voorbeeld van. In de drukke en smerige stad die Hong Kong dan is, vindt dit meisje een rustig plekje op een wat gevaarlijk balkon. Fan Ho kadert de scene door te fotograferen door iets wat lijkt op een poortje of venster. Een simpele en effectieve techniek die deze foto onvergetelijk maakt.
Dit zijn slechts enkele voorbeelden van compositietechnieken die je in je fotografie kunt toepassen, maar er zijn er nog veel meer. Toch: probeer je niet te krampachtig aan deze regels te houden. Probeer vooral mooie foto’s te maken. Succes!